Twee koningskinderen in een sprookjesland. Niet zomaar twee kinderen. Niet zomaar een land. In het land van Down zien de kinderen er net iets anders uit. Ze hebben bijzondere ogen. Soms piept hun tong naar buiten en ze hebben een parelende lach en rollen graag door het gras. Van ver komen ze schuifelend voetje voor voetje bij elkaar om te ontdekken hoe mooi ze zijn. Hij is haar knappe koning, zij zijn knappe koningin. Moniek Peek tekent de wondere droomwereld van Teun en Wies, twee kinderen met het syndroom van Down. Ze zoeken toenadering en ontdekken samen het wonder van vriendschap en liefde. Ook al zijn ze een beetje anders, ze zijn ‘liever dan lief’ voor elkaar en ze houden van het leven en van de mensen net zoals andere kinderen. Daarom loont het de moeite om een kijkje te nemen in het land van Down. Als eerste kennismaking met downkinderen biedt Liever dan lief. een aantal mogelijkheden. De tekst en de prenten verwijzen naar ‘anders zijn’ op een positieve manier. Moniek Peek zet Teun en Wies neer in een sprookjesachtig landschap, omringd door bloemen en nieuwsgierige dieren. Het verhaal zelf blijft echter zeer beperkt. Er is heel weinig actie en de tekst bevat veel herhalingen. Daardoor klinkt de stem van de verteller wat opdringerig. Jammer ook dat de downkinderen in dit verhaal opsloten blijven in hun eigen aparte wereld. Er is niemand anders die ontdekt hoe bijzonder ze wel zijn. Van inclusie is er dan ook geen sprake en dat is misschien toch een gemiste kans. Voor downkinderen zelf is het leuk dat ze in dit boek de hoofdrolspelers zijn.
Rita Ghesquiere