Volgens de inleiding is 1001 spookjes een voorleesboek over angsten, bedoeld om kinderen te laten weten dat het heel normaal is om bang te zijn.
Inge Bergh, Gerda De Preter, Siska Goeminne, Kolet Janssen, Kurt De Prins, Hilde Vandermeeren, Dirk Nielandt, Karla Stoefs, Heidi Walleghem en Bette Westera hebben hun pen gescherpt en verhalen geschreven over alledaagse en minder alledaagse angsten.
De prijs voor origineelste angst gaat zonder twijfel naar Dirk Nielandt, die in ‘Reuzenworm’ vertelt over een meisje dat bang is om opgegeten te worden door een enorme regenworm. De meeste angsten die in dit boek aan bod komen, zijn echter heel gewoon: het donker, spinnen, een enge buurvrouw, dokters en tandartsen, verdwalen, kwaadaardige teddyberen, de dood van een dier, en nog zoveel meer. Het zal dan ook een hele uitdaging zijn om een kind te vinden dat zich niet in minstens één van deze verhalen kan herkennen. De taak die het boek zichzelf oplegt in de inleiding, is dus zeker vervuld, al moet wel opgemerkt worden dat een kleine minderheid van de teksten toch echt te veel dertien-uit-een-dozijn is. En geen enkel verhaal kan tippen aan écht schitterende boeken over angst, zoals Mio, mijn Mio of De Gebroeders Leeuwenhart , beide van de hand van Astrid Lindgren.
Uiteindelijk blijken het de alombekende angsten te zijn die aanleiding geven tot de kleine pareltjes, die wel degelijk te vinden zijn in 1001 Spookjes . Vooral Kurt De Prins en Siska Goeminne slagen erin om op een originele manier gewone angsten het hoofd te bieden. De Prins, de bezieler van het boek, springt eruit, omdat hij angsten niet oplost door ze rationeel weg te werken, maar door volop de fantasie z’n gang te laten gaan. Het donker, bijvoorbeeld, in de hoogsteigen persoon van Koning Duister, blijkt eigenlijk maar een watje te zijn. En een oud huis dat kraakt, heeft gewoon hier en daar een pleister nodig om z’n ouderdomskwaaltjes te verhelpen.
Goeminne demonstreert dan weer flair en taalgevoel. In ‘De spin, en Poes die spint’ luidt de ontknoping als volgt: Als Poes ligt te spinnen, denkt hij, zit er dan misschien een spin in haar buik? En is de spin het motortje? Verder is 1001 spookjes ook een heel sfeervol boek, met illustraties op iedere pagina, leuk om samen naar te kijken tijdens het voorlezen. De stijl van illustrator is misschien niet vernieuwend te noemen, maar de tekeningen met grote kleurvlakken en dik aangezette lijnen, zijn wél ideaal om te bekijken bij het schemerlicht van een leeslampje. (Voor)leesplezier gegarandeerd!
– Door Line Leys –