Hoe dicht bij de lezer/luisteraar kan een prentenboek komen? Heel dicht! Lees maar het begin van Wie heeft Steef opgegeten?
Welkom allemaal in dit
ONTZETTEND INTERESSANTE boek
waarin we alles gaan leren over
klein en GROOT.
Zin in?
IK WEL!.
Deze twee gaan ons helpen:
OSCAR…
en STEEF!
Jullie doen het vast prima.
Laten we ze alvast bedanken
voor het meedoen.
DANK JE WEL, Oscar.
DANK JE WEL, Steef.
Daar gaat-ie dan!
Bij het begin lijkt dit een zoveelste boek dat het verschil tussen klein en groot wil bijbrengen, maar al snel neemt het verhaal een andere wending. Jawel, de vogel Oscar is groot, hij torent boven het wormpje Steef uit. Dat zorgt voor spanning in tekst en beeld: ‘Dus Oscar is GROOT, maar Steef is …’ Op de prent zie je Oscar met open bek naar de angstige Steef happen. De volgende dubbele pagina is een fraai voorbeeld van visuele ironie: ‘Waar is Steef?’ Op de prent zie je een glunderende Oscar, tong uit zijn bek en servet in zijn vleugel.
In de volgende scène geeft de verteller Oscar ervan langs en je hoort meteen de stem van de volwassene die een kind berispt: ‘Schaam je, Osar! Spuug hem uit, NU METEEN!’ Oscars gezicht maakt duidelijk dat hij daar helemaal geen zin in heeft, maar het moet, ook Steefs mutsje moet hij uitspugen. ‘Was dat nou zo moeilijk?’ Oscar kan het echter niet laten en doet het nog eens. De reacties van de volwassene die het stoute kind de les spelt, is opnieuw heel herkenbaar: ‘Je waagt het niet hoor.’ En verder ‘Dit kan ECHT niet, Oscar. Laat Steef los. Ik waarschuw niet meer!’ Doordat sommige woorden groot, vet of in een tekstballon staan, nodigen ze de voorlezer uit ze extra nadruk te geven.
Wanneer de verteller zijn/haar geduld lijkt te verliezen, betrekt die zelfs de lezende kinderen erbij: ‘O, dit is heel jammer! Denk eens aan de kinderen die dit mooie boek lezen,’ En weer hoor je de stem van de volwassen opvoeder, die in het spel met de grappige illustraties steeds meer van zijn autoriteit verliest: ‘Zo verpest je het niet alleen voor jezelf, maar voor IEDEREEN.’
Natuurlijk volgt een geniepig slot met een staartje, én een finale prent waarin het hoedje van Oscar een rol speelt. HOEDJE AF voor dit hoogst amusante prentenboek dat voorlezer, luisteraars en personages op een verrassende manier bij mekaar brengt.
Jan Van Coillie