Ossip, een kabouter met een opvallend hoge rode puntmuts, zit voor de deur van zijn huisje te wachten tot de zoete broodjes, die hij gebakken heeft, afgekoeld zijn. Hij verveelt zich een beetje en ziet plots een rode draad op de grond liggen. Nieuwsgierig als hij is, begint hij deze draad te volgen. En zo begint een onverwachte reis. Onderweg komt Ossip allerlei obstakels tegen en beleeft hij spannende avonturen. Tot hij uiteindelijk ontdekt waar de rode draad afkomstig van is…. Dit boek moet het vooral hebben van de kleurrijke, frisse tekeningen. Het vertelt een leuk, luchtig verhaaltje, zonder veel diepgang.
Er is weinig tekst, zodat er werk aan de winkel is voor de voorlezer om, samen met het kind, de illustraties te ontdekken en hierbij aan het fantaseren te slaan. Zo kan dit boek automatisch leiden tot een fijne interactie tussen voorlezer en kind. Voorlezers die zich liever aan een tekst houden, zullen aan dit boek minder plezier beleven.
Tijdens het voorlezen ervoer ik dat kinderen aanvankelijk de neiging hebben om dit boek iets sneller te doorbladeren. Ze zijn vooral (net als Ossip) nieuwsgierig om te weten te komen waar de rode draad naartoe leidt.
Pas bij de tweede lezing gaat hun aandacht meer naar de tekeningen zelf. Wat erg leuk is: aan de rechterzijde van de rechterpagina staat meestal een kleine stukje getekend van een voorwerp of dier dat op de volgende bladzijde terugkeert.
Myriam Vanderzeypen