Anton Arent heeft in het dorp waar hij met zijn moeder woont een reputatie opgebouwd als detective in zijn eerste verhaal. Wanneer er een mysterieus filmpje opduikt dat tot doel heeft een schoolgenoot van Anton te kwetsen, wordt hij ook deze keer ingehuurd om de zaak te onderzoeken. We volgen de opstart en het verloop van Antons onderzoek van dichtbij, en maken zo ook meteen kennis met alle personages die in het verhaal aan bod komen. Dat zijn er wel heel wat: familieleden, vrienden, klasgenoten, buurtbewoners. Het heeft een tijdje geduurd voor ik een beetje wijs raakte uit de veelheid aan personages die in het begin worden geïntroduceerd. Voeg daar dan nog eens referenties aan toe aan het vorige mysterie, en het geheel wordt wel wat verwarrend.
Het duurt echter niet lang voor je mee in het verhaal gezogen wordt. Wanneer de meest gehate wiskundeleraar van de school zogezegd zelfmoord pleegt, ga je meteen samen met Anton op zoek naar aanwijzingen, informatie, motieven en signalen. De personages zijn geweldig uitgewerkt, en voelen echt aan als mensen van vlees en bloed die soms foute keuzes maken. Zo heeft Anton zelf een stiekeme verhouding met een leraar, vecht de vader van zijn beste vriend Abel tegen een drankverslaving en probeert Antons beste vriendin Delina na een beschamend filmpje haar zelfvertrouwen terug te vinden. Elk van de personages zou iemand uit jouw leven kunnen zijn, en dat is echt de verdienste van de schrijver. Je zou zowaar medelijden krijgen met Anton wanneer hij begint te vermoeden dat ook zijn broer wel eens betrokken zou kunnen zijn bij de zaak die hij onderzoekt: ‘Tijs bijt op zijn onderlip en kijkt haastig van mij naar Lena. Zocht ik nog een motief om mijn broer van een vaste positie op mijn verdachtenlijst te verzekeren? Bij deze: check (en ook holy fuck!)’ (163)
Het verhaal zit geweldig goed in elkaar en is razend spannend. Ik heb het in een ruk uitgelezen, wegleggen leek echt geen optie. Dat het een goed en spannende detectiveverhaal is, lijdt geen twijfel. Maar ik ben heel blij dat het meer is dan een gewone detective. Er zitten heel wat heel interessante subplots en onderwerpen in die je niet meteen zou verwachten in een simpele whodunit. Zo is er de deadname-affaire, die door de onwetendheid van Anton stevig gekaderd wordt, en zo ook de lezer indien nodig een duidelijke leidraad in handelen en gevoelens meegeeft: ‘Snap je het nu nog niet? Roza is Revi’s deadname. Niet iets waaraan je herinnerd wil worden. Dat is het hele opzet van deadnames.’ (20) of verder ‘Deadnamen dient om iemand te kwetsen, om iemand te herinneren aan hoe ongelukkig die ooit was.’ (46)
Ik hoop echt dat er nog detectiveverhalen met Anton volgen. Het is nu al zeker dat ik ze dan op mijn leeslijst zet!
Barbara Artoos