Jakob houdt van de oceaan. Hij wil er alles over weten. Hij bezit een stapel plantenboeken, waarin hij weetjes opzoekt over onderwaterplanten. Maar het meeste is hij gefascineerd door de vissen. Op zolder bouwt hij een onderwaterhuis dat hem naar de vampierinktvissen kan brengen. De dagelijkse werkelijkheid kan hem niet bekoren. Hij  houdt niet van sommen maken, praten met zijn ouders of kampen bouwen met zijn vrienden. Hij houdt enkel van die plek, dichtbij huis, op het strand waar hij de oceaan kan zien en voelen. Jakob wordt volwassen en noemt zichzelf kapitein Nemo. Met zijn onderzeeboot de Nautilus, vaart hij twintigduizend mijlen onder zee en komt op plaatsen waar niemand anders komt.

Het verhaal van Jules Verne inspireerde al menig kinderboekenschrijver. Winny Ang maakt er een heel eigen verhaal van. Het gaat niet enkel over de schoonheid van de oceanen, maar ook over het waar maken van je dromen. De zinnen zijn kort en sober. In die soberheid komt een heel eigen sfeer naar boven.

Nemo telt in de oceaan meer dan duizend tinten blauw. De illustratrice probeerde duidelijk zoveel mogelijk van deze tinten weer te geven. De paginagrote illustraties geven een sfeervol beeld van de leefwereld van Jakob / Nemo. De blauwe letters maken op een natuurlijk manier deel uit van het geheel.

Een stemmig boek om voor te lezen of zelf te lezen (vanaf 8 jaar).

Lut Vanderaspoilden