Elk artikel over dit boek bevat als ondertitel ‘Spannend YA-boek voor de fans van Boy 7’. Hierdoor wordt het boek dus meteen als spannend in de markt gezet. Dat vind ik altijd wat gevaarlijk, want slaagt het boek er dan wel in om deze verwachtingen in te lossen? Ja, zou ik zeggen. Want dit is echt wel een spannend boek. Voldoet het aan alle verwachtingen van de lezer? Mogelijk niet, want er zijn zoveel soorten spanning en iedereen verwacht iets anders. Ik vind dit boek meer ‘psychologisch spannend’ omdat je je continu af zit te vragen wat nu de waarheid is, wie de waarheid vertelt en vooral wie wel of niet te vertrouwen is. Er lopen op elk moment van het verhaal heel wat personages over de bladzijden heen, en ik had het gevoel op een spelbord te zitten waar alle pionnen constant in beweging zijn. Ik had nog maar pas gedacht: dit personage is te vertrouwen en heeft het goed met Adam voor of het deed iets verdacht, of nog belangrijker: werd door een ander personage verdacht gemaakt.
De vraag ‘wie is er te vertrouwen?’ is de rode draad in dit verhaal die de lezer vanaf de eerste bladzijde mee op sleeptouw neemt. Aangezien Adam zich niets herinnert bij de start van het verhaal, starten hij en de lezer met hetzelfde lege blad, wat dan meteen wordt gevuld door indrukken van Adam zelf, de mensen om hem heen, hun gedrag en de info die ze hem bezorgen. Maar bij alles wat er gezegd wordt, ga je meteen een vraagteken plaatsen. Je haalt de beste Sherlock Holmes in jezelf boven en begint aanwijzingen te verzamelen. Adam zeg het zelf ook: ‘het begint steeds meer op een speurtocht te lijken.’ (36) Dat vond ik heel erg fijn, ik puzzel graag en dat hoeft duidelijk niet altijd alleen maar met kartonnen stukjes te zijn. Op basis van de verzamelde hints en aanwijzingen veranderde iedereen in de loop van het verhaal ook meermaals van positie op mijn ‘spelbord’. Neem nu Harm: zelfverklaarde beste vriend van Adam. Maar hij laat het wel heel vaak vallen: ondertekent een kaartje in het ziekenhuis met ‘je bestie Harm’. (52) Lotte, Adams zus, is er als de kippen bij om dit beeld te ontkrachten: ‘hij heeft zich ooit aan je vastgezogen als een teek. Je moet hem losdraaien met een tang voordat hij je leegzuigt.’ (p. 63) en verderop laat Lotte geen kans onbenut om hem aan het twijfelen te brengen: wie kon hij nu vertrouwen, Harm of Lotte? Of geen van beiden? (100).
Naarmate het verhaal vorderde, groeide bij mij ook angst voor het einde. Zal het einde wel alles duidelijk maken en geloofwaardig genoeg zijn voor het kluwen waarin Adam terecht komt? Voor mij gelukkig wel. Ik heb het gevoel dat er hard gewerkt is om het verhaal de juiste emotionele lading mee te geven en tegelijkertijd toch niet aan geloofwaardigheid in te boeten. Nu ja, er zijn momenten waarop je bijna naar de personages wil roepen, als ze hier of daar in de auto stappen, of iets te drinken of te eten aannemen zonder (voldoende) op hun hoede te zijn.
Wat is er nu met Adam gebeurd, en wie spreek of sprak er de waarheid en wie van die hele bende personages is er te vertrouwen? Je denkt toch niet dat ik dat hier ga verklappen! Dat is aan jou als lezer om uit te zoeken. Maar geen zorgen, het verhaal leest vlot en snel door de spanning, dus je hoeft er je niet door te laten afschrikken.
Veel speurplezier!
Barbara Artoos