Het boek vertelt ons hoe Jing zich voelt als adoptiekind en hoe moeilijk het is om daarover te praten. Jing wil haar adoptieouders geen pijn doen, maar ze wil ook geen gemene dingen zeggen over haar Chinese geboorteouders of over haar land.
Haar vriendinnen en de andere klasgenootjes begrijpen haar niet echt. Daardoor voelt ze zich een buitenstaander en probeert ze om er toch bij te horen in de klas. De ontmoeting met het Chinese meisje Liam versterkt dan weer haar vertrouwen. Ze is niet alleen. Ook Liam is ‘anders’.