“Voor Sergio en Dylan had ik nog nooit een vriend gehad, dus het werd een compleet nieuwe ervaring. Ik moest een beetje wennen aan al die blauwe plekken die inherent zijn aan het hebben van vrienden die trainen om wereldkampioen kickboksen te worden, maar verder was ik voornamelijk blij”.
Met dit soort gevoel voor humor tuimel je als het ware vanzelf in een wereld van pubers op zoek naar zichzelf, naar vrienden en naar vriendschap tout court. Ze worstelen met vragen over genderidentiteit en zelfontplooiing, altijd in een taal volledig op maat van een 14-15-jarige.
Erna Sassen weet als geen ander niet alleen hun taal maar ook hun gevoelens te vatten:
“‘Waarom moet je huilen, Lindsey?’
Na een hele tijd zei ze :
‘Niemand kijkt zo naar mij…’
Daar schrok ik weer heel erg van. En ik stamelde : ‘Hoe kijk ik dan?’ Waarmee ik bedoelde : Wat doe ik verkeerd? Dat ik je zo verdrietig maak?
We zaten daar maar, Lindsey met haar handen voor haar gezicht terwijl de tranen almaar tussen haar vingers door bleven druppen
En ik
Ik
…
Er kwamen helemaal geen gedachten
ook geen paniek trouwens
het was alleen heel treurig en stil.
Ik durfde haar niet aan te raken, want dat had ik nog nooit gedaan dus ik wachtte maar gewoon af tot er iets zou komen.
Na lange tijd zwijgend naast elkaar zitten zei ze, nog steeds met tranen:
‘Jij ziet mij.’
Ik snapte het niet.
En eigenlijk moest ik toen zelf ook huilen, al wist ik niet waarom. Het klonk zo treurig, jij ziet mij…”(p. 96-97)
Sassen schrijft ook heel beeldrijk. Haar vergelijkingen zijn raak en origineel: “Ik schetste voor mijn leven. Alsof ik achterna werd gezeten door een roedel hongerige wolven”p.102) of “Na anderhalve week zoenen voel ik me net een voordeelpak illegale mortierbommen naast de open haard”(p. 239).
Dat je geboeid blijft lezen, ligt ook aan de creatieve manier waarop de auteur haar personages neerzet, enerzijds lichtjes stereotiep, met overdrijvingen, maar anderzijds met een speciaal kantje, dat hen ‘anders’ maakt dan de anderen. De manier waarop Sassen schrijft, lijkt dan ook op de tekeningen van Martijn van der Linden die het boek aardig aanvullen: met een rake lijn veelzeggend. Ik raakte helemaal in de ban van dit boek. Wat mij betreft een absolute aanrader.
Lieve Lams
Weetje
Neem nooit een beste vriend won de Boon Literatuurprijs voor jeugdliteratuur 2024