Meneer Jules of het einde van alles

Meneer Jules of het einde van alles

Onze recensie

Stel je voor: op een dag is de weerman het noorden kwijt en zegt hij plompverloren: ‘Morgen is er geen weer.’ De nieuwslezer vult aan dat er geen morgen meer zal zijn.

In Meneer Jules of het einde van alles is dat precies wat gebeurt. Bij de negenjarige Jonathan thuis wordt alles met een klap ontregeld. Zijn ouders vergeten zelfs te ruziën. Ongemerkt glipt hij naar buiten, terwijl het duister steeds donkerder wordt. De stad en de mensen lijken dol te draaien, alleen in het straatje van meneer Jules is het stil. In zijn huis blijkt een vreemde machine te staan die met de chaos te maken zou hebben.

Als hij zich erover beklaagt dat niemand naar hem luistert, rijpt in Jonathans hoofd een plan om de wereld te redden. Daarvoor moet hij eerst naar het dak van het kantoorgebouw waar zijn vader werkt. Daar onthult de portier met de sprekende naam Zwart waar het echt om gaat: de mensen worden verteerd door spijt, ze zijn razend omdat ze hun dromen zijn vergeten en maken geen tijd meer om die dromen waar te maken. Geprikkeld door Jonathans vragen is Zwart de eerste die zijn droomwens van de daken schreeuwt.

Daarop trekt Jonathan de stad in, op zoek naar mensen die hun dromen willen blootgeven. Eerst holt iedereen hem voorbij of omver, maar als hij eenmaal gehoor vindt, is het hek van de dam. Van de Wijdeven speelt hier een sterk spel met het verhaaltempo. Met korte, jachtige zinnen geeft hij weer hoe alles in een stroomversnelling komt, waarna hij de tijd weer vertraagt door te focussen op het verhaal van een iemand. Verloren liefdes, opgebrande passies, nooit bijgelegde ruzies … allemaal komen ze naar boven. Stuk voor stuk dromen die worden opgevangen door de antennes op het huis van meneer Jules, waardoor zijn dromenmachine weer aanslaat en het duister optrekt.

Net als in zijn debuut Zoals het gebeurd is (2013) slaagt Van de Wijdeven erin met suggestieve bewoordingen en raak gekozen details een bijzondere sfeer op te roepen. Zo geeft hij beklemmend weer hoe het duister steeds meer greep krijgt op de stad.

Het boek bevat ook sterke passages waarin de auteur via de taal van het lichaam emoties bijna tastbaar maakt: “ Hij slofte de kamer uit en hees zich de trap op. Zijn voeten waren loodzware keien. Hij ging zitten op de bovenste tree. Hij deed zijn armen rond zijn knieën, trok ze tegen zijn borst en legde zijn kin erbovenop.”

Het originele en uitdagende vertrekpunt van de roman zet de lezer aan het denken en sommige passages beklijven echt, wat het boek zeker de moeite waard maakt. Toch zijn er ook gemiste kansen. Op de eerste plaats geeft Van de Wijdeven zijn hoofdpersonage te weinig diepgang. Op de duur heb je als lezer het gevoel dat je van op een afstand Jonathan volgt in plaats van echt tot hem door te dringen. Het slot, waarin hij eindelijk een liefdesbrief post, is allesbehalve origineel. Zijn ruziënde ouders worden wel erg karikaturaal getypeerd en de manier waarop uiteindelijk weer alles koek en ei is en Jonathans vader weer tijd voor hem maakt, is oppervlakkig uitgewerkt.

Vooral echter de impact van de onheilstijding op de mensen die Jonathan ontmoet, wordt te zwak en te eenzijdig verwoord. De alles verterende spanningen die het einde van alles kan doen ontvlammen worden te zeer verdrongen door Van de Wijdevens boodschap dat we de tijd moeten maken om onze dromen achterna te gaan. Voorwaar een wezenlijke boodschap, alleen had ze krachtiger tot uiting kunnen komen.

Jan van Coillie

 

Nieuw

Thema's

Leeftijd

Auteur