Met dit boek tuimel je meteen de Russische winter in. De jonge Yanka woont in het gezellige huisje van haar Mamotsjka, de kruidenvrouw van het dorp. Ze drinkt er Sbiten, de warme honingdrank met water uit de Samowaar. Daarbij eet ze Prjaniki, zoete, kruidige koekjes.
Yanka werd als peuter door Mamotsjka gevonden in de bergen voor een berenhol. Mamotsjka sloot het kleine meisje meteen in haar hart, nam haar mee naar het dorp en adopteerde haar. Yanka groeit op in het huisje aan de rand van het dorp en is er heel gelukkig. Maar tussen de dorpsgenoten voelt ze zich niet helemaal op haar plaats. Ze is groter en veel sterker dan haar leeftijdgenootjes. Gelukkig is er Anatoli die af en toe in het huisje op bezoek komt. Je weet nooit wanneer hij komt of gaat. Maar hij vertelt steevast een spannend verhaal, dat zich afspeelt in de magische en fantasievolle wereld van een zelfgetekende kaart. “In al mijn verhalen zit een kern van waarheid”, beweert Anatoli. Voor Yanka is het wel moeilijk om te ontdekken wat waarheid is en wat fantasie. Ze heeft zijn kaart overgetekend en bewaart haar exemplaar zorgvuldig.
Yanka vraagt zich al lang af waar ze vandaan komt en wie haar natuurlijke ouders zijn. Bij het winterfeest maakt ze een zware val wanneer ze de muur van het ijsfort beklimt. De volgende morgen wordt ze wakker met berenpoten in plaats van benen. Mamotsjka regelt vervoer naar het ziekenhuis voor een grondig onderzoek van die plotse gedaantewissel. Maar Yanka voelt dat er iets magisch aan de hand is. Ze neemt haar kaart van het Sneeuwbos mee en in de vroege ochtend vertrekt ze stiekem op haar gloednieuwe berenpoten naar het sneeuwbos. Dit is het begin van een lange, fantastische reis, waarin Yanka te weten komt waar ze vandaan komt. Maar ze leert nog iets heel belangrijks: ze hoort thuis in het dorp en vriendschap en geborgenheid zijn twee van de belangrijkste waarden in dit leven.
Het meisje dat met beren praatte is een vlot geschreven boek. De lezer wordt vanaf de eerste bladzijden ondergedompeld in de magische wereld van het Sneeuwbos. De gebeurtenissen volgen elkaar snel op en zuigen de lezer mee in het verhaal. De stijl is direct en vloeiend, af en toe doorspekt met mooie beeldspraak. “Mamotsjka draagt de wijsheid van het Sneeuwbos in zich. Zo voelt ze ook: wild en zacht tegelijk. Haar handen zijn zacht en sterk, als nieuwe boombast. Haar haren zijn even donker als de schaduw tussen de dennen. En ze ruikt zo zoet als een lindebloesem.”
Het veelvuldig gebruik van Russische woorden vertraagt soms de lectuur. Meestal worden de woorden in de tekst uitgelegd, maar je vindt ook een verklarende woordenlijst achteraan in het boek.
Het relaas van Yannka’s belevenissen wordt afgewisseld met sprookjesverhalen. Overslaan kan je deze verhalen niet, want ze verklaren steeds een deel van de gebeurtenissen. Daardoor breken ze de sfeer van het boek niet.
De personages zijn goed uitgewerkt. Yanka steelt meteen alle harten en neemt de lezer mee in haar verhaal. Maar er zijn ook enkele leuke nevenpersonages. De immer zorgzame en bezige Mamotsjka leidt Yanka met zachte hand. De mysterieuze Anatoli, die zonder verwittigen komt en gaat, vertelt steeds een prachtig verhaal. Sasja, de beste vriend van Yanka, doet haar beseffen dat vriendschap heel belangrijk voor haar is. De huiswezel Muizenval is een grappig, maar soms arrogant kereltje. Hij is onvoorwaardelijk trouw aan ‘zijn’ Yanka en helpt haar niet alleen uit hachelijke situaties, maar toont haar ook de weg in de belangrijke levenswaarden. Het huis op kippenpoten waar de Yaga woont, is ontleend aan de Slavische mythologie. In dit boek is het huis een volwaardig en sympathiek personage dat Yanka bijstaat in haar omzwervingen.
De eenvoudige, gestileerde zwart-wit-tekeningen van Kathrin Honesta laten ruimte voor de eigen fantasie. De ingelaste sprookjesverhalen zijn herkenbaar aangegeven door steeds dezelfde omkadering van kleine tekeningetjes over het Sneeuwbos.
Een klein minpuntje. Ik ergerde me aan het herhaaldelijk verkeerd gebruik van de verleden tijd van het werkwoord (een eed)‘zweren’.
Dit boek is de eerste naar het Nederlands vertaalde roman van Sophie Anderson. Haar debuutroman is nog niet in vertaling verkrijgbaar. Het is een fijn boek voor wie houdt van de Slavische mythologie en van fantastische verhalen.
Lut Vanderaspoilden