Hedwig!

Onze recensie

Hedwig is zeven jaar en woont op een rode boerderij in een afgelegen dorp in Zweden, ‘nog verder dan de rimboe’, zoals ze het zelf stelt. Ze woont er met haar ouders, de oude hond Tacka en twee katten. Ze kijkt heel erg uit naar haar eerste schooldag (een voetnoot verklaart dat in Zweden kinderen naar school gaan als ze even worden). Die opent de poort voor een reeks kleine avonturen uit het dagelijkse leven van een kind in zo’n afgelegen Zweeds dorp.

Elk klein avontuur wordt gevat in een kort hoofdstuk, wat het boek licht verteerbaar maakt. Ook de avontuurtjes zelf wegen overigens licht. Op school sluiten Hedwig en haar nieuwe vriendinnetje Linda een klasgenootje op in een schuur, waar ze haar straal vergeten. Ontredderd door haar boze meester en ouders loopt ze weg en verdwaalt ze in het bos. Van opa en oma krijgt ze een knuffelhond, waarmee ze onafscheidelijk wordt. Op school is er ook de rivaliteit met plaaggeest Richard. En dan zijn er het kerst- en paasfeest als hoogtepunten in het jaar, met lekkers én een stapel cadeautjes. Pakjes zijn er ook voor haar achtste verjaardag: een paar nieuwe ski’s én een Ronja-de-Roversdochter-spel, naar het beroemde boek van Astrid Lindgren. Op die manier maken jonge lezertjes uit Nederland en Vlaanderen niet alleen kennis met Zweedse gewoontes en eten, maar ook met het werk van de bekendste Zweedse kinderboekenschrijfster.

Hoewel Hedwig een eigen persoonlijkheid en een eigen willetje heeft, blijft ze als personage niet echt bij. Daarvoor wordt ze niet genoeg uitgediept en blijven de avonturen die ze beleeft te veel doorsnee. Haar gevoelens worden herkenbaar maar vrij oppervlakkig getypeerd. Wanneer ze een ‘My-Little-Pony-Kasteel’ krijgt, ‘knalt ze bijna uit elkaar van geluk. Nu kan ze vrolijk zijn totdat de aarde stopt met draaien!’. Een enkele keer is ze ondeugend, wat voor humor zorgt, bijvoorbeeld wanneer ze vol wraakgevoelens tekeningen stopt in de brievenbussen van de zomerhuisjes met hanen, kippen, kuikens en hazen erop, die ze voorzag van piemels of hangtieten.

Wanneer Hedwig verloren loopt in het bos en aanklopt bij een oude man in een klein huisje, kan ze er bellen met een telefoon met een hoorn. Voor de smartphone-generatie zal dit wel vreemd overkomen. Het boek dateert echter al van 2005. Wellicht wordt het nu vertaald in het spoor van recent, succesrijk werk als Piraten van de Ijszee (2018) en Mijn moeder is een gorilla (2020) . Deze verzameling korte verhaaltje haalt echter niet het niveau van die boeken. De verhaaltjes lezen weliswaar vlot weg en stralen een typische, landelijke gezelligheid uit, maar sprankelen of verrassen zelden. Dat geldt overigens ook voor de zwart-wit illustraties van Martijn van der Linden.

Een vlot weg lezende doorsnee typering van een jaar uit het leven van een Zweeds plattelandskind, dat is wat je in Hedwig! mag verwachten, niet meer maar ook niet minder.

Jan Van Coillie

Nieuw

Thema's

Leeftijd

Auteur