Gewoon daarom!

Gewoon daarom!

Onze recensie

In dit verhaal ontmoet je Wonder. Zij heeft een netwerkstoornis en vertelt je zelf al vroeg in het verhaal hoe het zit: ‘Eén ding is zeker: de 86 miljard hersencellen bonken een paar keer per dag tegen de binnenkant van mijn schedel alsof ze eruit willen. Erg. Paniek blijft.’ Daardoor houdt ze niet van veranderingen, heeft ze soms last om anderen te begrijpen (‘De sint ziet er elk jaar jonger uit’, zegt Rohat en hij knipoogt naar mij. Die knipoog snap ik niet’.) en bovenal heeft ze nood aan rust en structuur. ‘Of ben ik vervelend omdat ik niet graag vertrek morgen? Naar een ander land vliegen is een nieuwe onderneming. Daar heb ik het behoorlijk lastig mee. Maar dat kan hij niet weten. Hij heeft niet wat ik heb.’ Als alles bij het oude blijft, is het goed: ‘Dan daalt er weer een rust over mij. Een warm dekentje waaronder ik me klein kan maken en ik me veilig voel.’ De eerste alinea van deze recensie bevat niet toevallig zoveel citaten uit het boek. Ik wil daarmee aantonen dat het verhaal vol zit met herkenbare, hedendaagse situaties waarin Wonder soms tegen de grenzen van haar stoornis botst. Deze momenten zijn prachtig beschreven en omschreven, en bieden een grote meerwaarde aan het verhaal. Het kost geen enkele moeite als lezer om je voor te stellen hoe Wonder zich voelt. Los van haar stoornis is Wonder een kind als iedereen: ze vormt een eenoudergezin met haar mama, en staat op het punt om terug les te gaan volgen in het reguliere onderwijs. Dat is opnieuw aanpassen: ‘De verhoogde zorg is zo minimaal dat iedereen vergeet wie ik ben: iemand die schreeuwt om structuur en rust.’

Op school leert ze Rohat kennen, een Syrische vluchteling, en komt ze ook opnieuw in contact met Hannelore, die haar in de lagere school heeft gepest. Je leest het al, voor iemand die nood heeft aan rust en structuur verandert er wel heel wat. En daar blijft het niet bij: er is ook nog Gerrit, de nieuwe vriend van mama, die stilaan zijn plek opneemt in hun gezin, en haar favoriete familielid oma krijgt gezondheidsproblemen. Doe daar bovenop nog een beginnende puberteit en al die verwarrende gevoelens overal en je zou het voor minder soms niet meer weten. In Wonders hoofd is het soms oorlog (‘De oorlog in mijn hoofd’ noemt ze het zelf). Maar binnen Rohat woedt de echte oorlog voort. Ze beseft zelf ook heel goed dat het een ander soort oorlog is: ‘De oorlog van de 86 miljard hersencellen in mijn hoofd is niets in vergelijking met Rohats oorlog.’ Hij leert haar te vertrouwen, zij leert dat de wereld niet eenduidig is: ‘Maar ik weet niet wie de goeden zijn. En wie de slechten. Je vindt ze aan beide kanten.’

Vertrouwen en de wereld vandaag zijn twee onderwerpen die meer begrip van iedereen verdienen, en dit boek verweeft ze delicaat en voorzichtig tot het grote web van Wonders leven. Soms is het leven lastig. Soms ben je even de weg kwijt. Soms ben je boos zonder te weten waarom juist. Het overkomt ons allemaal, zeker in de puberteit. Het verhaal biedt een voldoende herkenbare achtergrond waardoor je je als lezer moeiteloos met Wonder kan meeleven en meevoelen. Wonder heeft heel wat angsten – van een vriend verliezen over een andere school tot een nieuwe ‘papa’ – die iedereen wel kan herkennen. Omdat ze haar verhaal zelf vertelt, zie je ook wanneer het misgaat, en bovenal weet je ook dat ze het goed bedoelt, en hoeveel moeite het haar vraagt.

Het is een verhaal over een schattig meisje dat hard knokt voor een plekje in onze wereld. Ze houdt een pleidooi voor onvolmaaktheid (‘En proberen te leven met wat niet perfect is. Over hoe ik daar ook het levende voorbeeld van ben.’) Net dat is in deze tijd meer dan welkom, vind ik zelf. Maar dat ik me goed in haar boodschap en verhaal kan vinden, hoeft misschien niet te verwonderen als je weet dat ik zelf ook een handicap heb, en haar verhaal dus heel wat herkenningspunten voor mij heeft. Doordat het verhaal vanuit haar standpunt wordt verteld, leent het boek zich volgens mij ook ideaal voor gebruik in de klas of voor een brus (broer of zus van een persoon met een handicap) om meer inzicht te krijgen in de ‘netwerkstoornis’.

Barbara Artoos

Nieuw

Thema's

Leeftijd

Auteur