En hoe komt toch een olifant aan al die kilo’s grijs?

En hoe komt toch een olifant aan al die kilo’s grijs?

Onze recensie

Elle Van Lieshout en Erik Van Os schreven met En hoe komt toch een olifant aan al die kilo’s grijs? een eenvoudig gedichtje, dat door de illustraties van Alice Hoogstad helemaal tot leven gewekt wordt. De idee is simpel: de schrijvers vragen zich, dankzij een kleine jongen Polle genaamd, vanuit kinderogen af – en vaak vragen de ‘volwassen kinderen’ zich nog steeds hetzelfde af – hoe alle dieren in de dierentuin aan hun specifieke kenmerken komen. Wie schildert de zebra’s pyjama elke nacht, en waarom altijd wit en zwart, en nooit eens roze met blauw? Is een ijsbeer een beer die alleen maar ijs eet? Wie durft de tandarts te zijn van de krokodil, en wie de kapper van de leeuw? En waarom draagt een kangoeroe zijn rugzak op de buik?

Belangrijk hiervoor is de rol van de grootvader, die de kleine jongen mee naar de dierentuin neemt om hem de wondere wereld van de dieren te laten ontdekken. Dit soort ervaringen is zeer belangrijk voor jonge kinderen, des te meer als ze door een ervaren en tegelijkertijd vertrouwensvolle opa-figuur begeleid worden. Maar de wijze opa weet natuurlijk ook niet overal een antwoord op. Heel leuk is dan ook dat het boek eindigt met een ludieke noot. Polle vraagt zich immers het hele boek door verschillende dingen af, die hij op de laatste pagina rechtstreeks aan zijn opa vraagt: ‘Zeg opa, weet jij soms hoe het zit?’ . Waarop de opa zijn onwetendheid verbergt dankzij een slimme opmerking in de vorm van een nieuwe vraag: ‘Polles opa schudt zijn hoofd en zegt alleen maar dit: weet jij waarom je neus niet aan je billen zit?’

Uit deze zin leiden we nog een laatste kenmerk van de tekst af. Namelijk dat alles op rijm is gezet. Noodzakelijk is dit allerminst, maar het draagt wel bij tot het aantrekkelijke ritme van de tekst, dat op deze wijze prozaïsche poëzie wordt. De eenvoudigheid van de tekst wordt gecombineerd met uitermate rijke illustraties.

Met oog voor detail toont illustratrice Alice Hoogstad de verbeelding van jonge Polle – of misschien wel die van zijn opa. Felle kleuren voor de dieren en hoofdrolspelers worden afgewisseld met lichtere achtergrondkleuren zodat het geheel niet overdonderend wordt. Ten slotte zitten er in de randen ook ludieke aantekeningen verstopt. Zo poseert de neushoorn als de denker van Rodin, heeft de krokodil een vals gebit, raken de halzen van twee flamingo’s verstrengeld en zie je het bovenste topje van de billen van een metser die de olifant van een nieuwe lading grijze stenen voorziet. De kracht van het boek bevindt zich enerzijds in de weloverwogen combinatie van beeld en woord; en anderzijds in het toffe thema en de slimme inkleding ervan. Zeker een aanrader als je de verbeelding wilt wekken zonder altijd per se een afdoend antwoord te moeten zoeken.

– Door Sebastian De Witte –

Nieuw

Thema's

Leeftijd

Auteur