Dit gaat nooit voorbij

Onze recensie

Ik wilde dit boek graag geweldig vinden. Ik herkende namelijk meteen de naam van de auteur, Octavie Wolters. Even onmiddellijk deed die naam me terugdenken aan Het lied van de spreeuw, Wolters’ betoverende oproep uit 2021 om af te remmen, stil te staan, te ademen en te bewonderen. Om rond te kijken, de akkers te zien en de vogels te horen.

Na een eerste verkenning van dit nieuwe boek was ik ook nu weer meteen enthousiast. Telkens een grote pagina met illustraties van vogels in hun natuurpracht aan de rechterkant, aangevuld met een pagina tekst op de linkerkant. Per maand van het jaar krijg je zo’n duo, van januari tot december, wat je de seizoenen al doet opsnuiven nog voor je aan het lezen bent gegaan.

En toch.

Wolters koos opnieuw voor linosneden, met dit keer voor elke maand van het jaar een gelijkaardig opzet. Een vogel in diens natuurlijke omgeving, wat dus vaak neerkomt op takken en (navenant het seizoen) blaadjes of bloemen. Die zie je, als gevolg van de linotechniek, vooral in het zwart, her en der aangezet met wit of een kleurtje. De achtergrond heeft doorgaans één focuskleur, soms twee of drie, aangepast aan de maand van het jaar. Het resultaat is telkens een prachtige illustraties van vogels, die tegelijk (voor jongere lezers) misschien wél wat extra identiteit hadden kunnen gebruiken.

Ook in de tekst ontbreekt enig  reliëf om je als lezer bij elk van de twaalf maanden aan boord te houden. Bij Het lied van de spreeuw vond ik, zo schreef ik toen, “een hoge densiteit aan echte wijsheid”. In dit boek vind je in ruil per maand een stevige brok tekst die de meanderende observaties en persoonlijke bedenkingen van de auteur wil vatten. Ik zie best waar die heen wil met de wissels tussen reflecties over net nieuw gekochte laarzen of het eigen huwelijk, fictieve dialogen met winterkoninkjes en zwaluwen, grote statements over wanneer de natuur wel of niet tot rust komt en filosofische oerklassiekers als ‘of iets wel echt gebeurd kan zijn als niemand het opgemerkt heeft’. Of de auteur in die wissels de aandacht van de lezer kan aanhouden, is een andere vraag. En dan dreig je als afgeleide lezer naast pareltjes te vissen als: “Ik ken zoveel woorden, maar ze passen maar zelden bij mijn gedachten.”

Die parels zijn wel degelijk de moeite waard om bij het lezen kaf en koren te gaan scheiden. Dat lukt het beste door het boek te zien zoals het op de achterflap wordt aangekondigd. Als ‘een bundel persoonlijke verhalen’. Met mondjesmaat te verwerken, een verhaal per keer.

Eline Zenner

Nieuw

Thema's

Leeftijd

Auteur