Als ik jouw prinsesje ben, ben jij dan de koningin ?’. De onschuldige vraag van het meisje Sterre krijgt een vastberaden ‘Ja’ als antwoord. Het begin van een poëtisch. Een dag per jaar is mama de koningin van de zon. Maar dat is een groot geheim. Wat een toeval dat het net morgen mama’s koninginnedag is. Vroeg in de morgen fietsen ze samen naar een heuveltop. Het is nog donker. Fluisterend bezweert mama de slapende zon: ‘Kom maar , kom maar omhoog mijn zon…’
Sterre kijkt verbaast toe en fluistert mee, maar er gebeurt niets. Dan danst Sterre en mama danst mee, maar de nacht geeft zich niet gewonnen. Daarna speelt Sterre een melodietje op haar fluit. Een vogel tsjilpt. ‘Niet ophouden, Sterre’, fluistert mama. Langzaam kleurt een splintertje licht de wolken rood. Het licht wordt sterker en verdrijft het zwart van de nacht. Even later piept de zon vanachter de horizon.
Sterre en mama heten de zon welkom en fietsen naar huis. Voor Sterre wordt het een bijzondere dag, want alles gebeurt in het licht van de zon dat ze met mama tevoorschijn toverde. De kinderen en de mensen op straat weten niet hoe de dag begon. Alleen Sterre en mama weten dat. ’s Avonds als het licht zwakker wordt, fietsen ze terug naar hun plekje om de zon uit te wuiven. ‘Lieve zon, het is tijd om te gaan slapen’, fluisteren ze, terwijl ze toekijken hoe de zon kleiner en kleiner wordt tot er alleen nog dunne lijntjes rood over blijven en het weer nacht wordt. Elke dag is er iemand anders zonnekoning, zonnekoningin of zonneprinses. ‘Vandaag waren wij het’, fluistert Sterre.
De zonneprinses is een pretentieloos verhaal dat op een bijzondere manier de kracht van de verbeelding laat zien. Het wonder van de natuur, het magisch denken en de kinderlijke verwondering gaan hand in hand, zoals ook de poëtische tekst van Grossman en de ontwapenende naïeve tekeningen van Michal Rovner elkaar omarmen. Zonneprinses Sterre deed mij even denken aan De Kleine Prins van Antoine de Saint-Exupéry.
Rita Ghesquiere