Het gebeurt niet zomaar dat een literaire uitgever als Querido fantasy uitgeeft. Het debuut van de Franse Eléonore Devillepoix is echt wel opmerkelijk. Ze slaagt erin een fantasiewereld op te roepen die de lezer zich perfect kan voorstellen en waar zij of hij helemaal in kan wegduiken.
Hoofdpersonage is de dertienjarige Arka, die in de geheimzinnige stad Hyperborea op zoek gaat naar haar vader. Ze treedt in dienst als discipel bij de jonge magiër Lastyanax, na op een opmerkelijke manier de selectieproeven in de arena te hebben doorstaan. Tussen beiden ontwikkelt zich een intrigerende vriendschap, die danig onder druk komt te staan als ze meer en meer verwikkeld geraken in het web van intriges en complotten tussen de magiërs van de stad en de duistere krachten die haar bedreigen.
De sterkste kant van het boek is de manier waarop de auteur de ruimte typeert waarin het verhaal zich afspeelt. Je ziet de mysterieuze stad Hyperborea als het ware voor je opdoemen met de zeven niveaus en de indrukwekkende torens onder de enorme koepel waarin zich het Riphaïsche gebergte weerspiegelt. Ook afzonderlijke gebouwen blijven bij, zoals de donjon van Lastyanax, die vol staat met de bizarre collectie voorwerpen die zijn voorganger verzamelde, of het schitterende magisterium, waarin de politieke instellingen van de stad gevestigd zijn. Ook vondsten als het ontbreken van wind, de vuilnis en stank op de laagste verdieping of de reuzenschildpadden die je mits betaling naar hogere regionen brengen, dragen bij tot de sterke sfeerschepping.
Sterk is ook de typering van de verschillend magiërs, die elkaar vaak het licht in de ogen niet gunnen en die uiteindelijk raderen zijn in een raderwerk dat draait op corruptie, na-ijver, gekonkel en manipulatie. Ten slotte boeit ook de relatie tussen de twee hoofdpersonages Arka en Lastyanax, een relatie die zich beweegt tussen afstoten en aantrekken, wantrouwen en respect, fascinatie en onbegrip. Ze vinden mekaar in het gezamenlijke doel het kwaad te ontmaskeren dat Hyperborea bedreigt, maar doen dat elk vanuit hun eigen kracht: Arka als impulsieve strijdster, Lastyanax als twijfelende intellectueel. Een belangrijk motief hierbij is de kracht van vrouwen. Lastyanax is gebonden door zijn belofte aan de mooie en onafhankelijke Pyrrha om te pleiten voor meer rechten voor vrouwen in de stad. Arka wordt door Lastyanax als volgt getypeerd: “Ze was nog geen veertien, maar al veel slimmer en zelfstandiger dan de meeste volwassenen die hij kende.”
Jonge lezers en zeker fans van fantasie zullen allicht snel in de ban geraken van dit verhaal door de spanningsopbouw. Vanaf het begin zorgt de auteur voor spanning door de lijnen uit te zetten van Arka’s zoektocht naar haar vader en het vermoeden van Lastyanax dat zijn mentor vermoord werd als onderdeel van een veel groter complot. Handig weeft de auteur verschillende verhaaldraden door elkaar. Om het de lezers gemakkelijker te maken, onderscheidt ze die door de namen van de hoofdfiguren erboven te plaatsen. En dan zijn er nog allerlei nevenplots, zoals het verleden van Arka, dat de auteur mondjesmaat onthult door het verhaal heen.
In de promotiecampagne wordt de auteur vergeleken met Philip Pullman, al is dat wel te hoog gegrepen. Daarvoor mist ze (nog) de beeldrijke, literaire stijl van Pullman, zijn haar hoofdpersonages te weinig complex en beklijvend en bevat de plot te veel stereotiepe elementen uit het fantasy-genre, van de machtsstrijd tussen magiërs over de selectie in de arena en de mythologische wezens (lemuren, python, griffioen …) tot de typische slechteriken (met zowel de domme criminele drieling als de ultieme verpersoonlijking van het kwaad, Alkander).
De zoektocht van Arka wordt gepresenteerd als het eerste deel in een serie. Als debuut wekt het in elk geval grote verwachtingen.
Jan Van Coillie