Op een nacht verlicht de heldere maan de kamer van Flip. Hij kan niet slapen. Plots springt er een kleine draak uit het boek op het vloerkleed. De draak is bang en zoekt een plekje om zich te verstoppen. Het speelgoedkasteel lijkt veilig. Even later springt een paard met een witte ridder uit het boek. Hij is op zoek naar de draak. Flip roept hem een halt toe. Hij is niet bang van het boze riddertje. Maar als hij hem aanraakt krimpt hij ineen. Flip is nu even groot als de ridder en vlucht naar het kasteel.
Kan Flip toveren? Nee het is de maanlichtbetovering die voor die gekke toestanden zorgt. Flip en de draak proberen de witte ridder te verjagen. Niet zo gemakkelijk. Zonder eten kan de draak immers niet vliegen. En dat is net nodig om bij de afstandbediening van de grote speelgoedgraafmachine te komen. Gelukkig liggen er in het kasteel nog broodkogels. Met de graafmachine jagen Flip en de draak de witte ridder terug in het verhalenboek. En de draak?
Flip zou hem graag bij zich houden, maar de draak wil liever terug naar zijn eigen wereld. Dus zoekt Flip een veilig verhaal zonder ridders. De volgende morgen is Flip weer zo groot als altijd, maar de rommel in de kamer bewijst dat het nachtelijke avontuur geen droom was. De Maanlicht Draak gaat over draken en ridders maar vooral over verbeelding.
Dank zij het verhalenboek beleeft Flip een wonderlijk avontuur. De ridder en de draak uit het boek komen tot leven zodat droom en werkelijkheid tijdens die wonderlijke maannacht in elkaar verglijden. De Duitse schrijfster Cornelia Funke is een meester wat betreft fantastische verhalen. In De Maanlicht Draak vormt het boek de overgang tussen de twee werelden. Opvallend is ook dat de stereotiepe voorstelling van goed en kwaad doorbroken wordt.
De witte ridder is in dit verhaal gewelddadig, de draak lief en zacht. De sfeervolle prenten van Annette Swoboda wekken de nachtelijke speelgoedwereld tot leven. Het spel van licht en donker, groot en klein ondersteunt het verhaal. Ook het boek speelt een belangrijke rol in de illustraties. Voor kinderen die al zelf kunnen lezen is het boek in het boek een leuk element om bij stil te staan.
Rita Ghesquiere