Een slak vervolgt traag zijn kaarsrechte weg. Zo hoort het, want zo leerde hij het van zijn ouders. Onderweg ontmoet hij een duizendpoot en een kolonie mieren. Die durven al eens van de rechte weg af te wijken. Slak vindt een huis en wordt belaagd door een merel. Maar dan gaat hij overkop met zijn huis en is slak er helemaal zeker van: hij is klaar voor meer zig en zag.
Ik vond dit boek een mooie metafoor over loslaten en opgroeien. Eerst houdt slak vast aan wat hij leerde van zijn ouders. Maar naarmate hij verder wandelt, ontmoet hij anderen die anders denken. Die andere dieren praten over loslaten en uit jezelf breken. Slak denkt na en naarmate hij verder wandelt, krijgt hij meer zelfvertrouwen en vindt hij een nieuwe thuis, waarna hij zijn eigen pad bewandelt.
De illustraties dragen bij tot de centrale metafoor. Slak woont in een wereld in zwart-en-grijstinten. De dieren die hij ontmoet zijn gekleurd. Langzaam maar zeker komt er ook kleur in de wereld van slak. Op de laatste bladzijde spat de kleur van elk voorwerp af. Leuk en speciaal aan de illustraties is het slijmspoor dat door het hele boek te volgen is en de weg van slak symboliseert. Eerst loopt het kaarsrecht maar langzamerhand begint het spoor te golven en af te wijken van de rechte weg totdat het eindigt in één krullende beweging.
De tekst volgt dezelfde beweging. Vader en moeder praten in slogans: “Wie traag gaat, vliegt niet uit de bocht” en “Blijf op het rechte pad”. De dieren sporen hem aan en eerst denkt slak ook nog in slogans : “Volhouden en vasthouden is wat nu telt”. Maar dan begint slak na te denken en zich vragen te stellen totdat hij zijn eigen stem ontdekt en hij helemaal los komt.
De lange weg van slak is een boek dat zich leent om achteraf nog verder over door te bomen.
Lut Vanderaspoilden