De grote kleine walvis

Onze recensie

De grote kleine walvis is een vervolg op het succesvolle prentenboek De kleine walvis. De openingsprent op schutblad en titelblad typeert helemaal de aanpak van Benji Davies, met focus op een tedere relatie, hier tussen een oma die met een zeilbootje het strand nadert en een kleinzoon die haar wuivend tegemoet snelt.

De kleinzoon heet Boy en woont met zijn vader en zes katten in een oud, houten huisje aan zee. Het is herfst en zijn oma is op bezoek. Meteen volgt een verwijzing naar De kleine walvis. Er is storm op komst en Boy denkt aan de walvis die hij ooit redde. Omdat hij niet kan slapen door de huilende wind, vertelt oma hem een verhaal. Dat gaat over een meisje dat op een eiland woonde en op een dag een walvis leerde kennen. Ze speelde fluit voor hem en hij zong terug. Dat deed hij elke zomer, maar op een keer kwam hij niet opdagen. Niet lang daarna stak er een vreselijke storm op. Het meisje en haar gezin werden geëvacueerd, maar hun huis met heel hun hebben en houden werd weggevaagd. Ze begonnen een nieuw leven op een ander eiland. Maar pas toen er op een dag iets bijzonders aanspoelde, kon ze de draad van haar vorige leven weer oppakken. Daar speelde de walvis een bijzondere rol bij. Op het eind klikken de verhalen van het meisje en Boy in elkaar.

Het einde maakt de cirkel rond. De illustratie van Boy en zijn oma die mekaar omhelzen, sluit aan bij de openingsprent. En het geheel sluit af met een vrolijke noot (letterlijk en figuurlijk) met de fluit spelende Boy en zingende walvissen.

Hoewel het verhaal niet de kracht heeft van het eerste boek, zullen de warme band tussen oma en kleinzoon en de dramatiek van het binnenverhaal veel jonge lezers aanspreken. En zeker ook luisteraars, wat mee te danken is aan de soepele vertaling van Edward van de Vendel.

Jan Van Coillie

Benji Davies, De kleine walvis

Benji Davies, De kleine walvis in de winter

Benji Davies, Oma vogeltje

Nieuw

Thema's

Leeftijd

Auteur