Vandaag is een grote dag voor alle babyvogels in het bos. Ze vliegen voor het eerst uit.
Coco twijfelt. Ze durft de sprong niet te wagen. Misschien tuimelt ze wel naar beneden of komt ze in de klauwen van de kat terecht. Maar als het wél lukt, kan ze haar eigen eten zoeken of met haar vriendjes spelen… Coco durft het niet. Ze wil toch liever in het nest blijven. Mama heeft de twijfel een tijdje aangezien, maar geeft Coco dan het ultieme zetje. Ze roept erbij: “Hupsakee! Goed fladderen met die vleugels!” En kijk, het lukt! Een nieuwe wereld gaat voor Coco open. Ze geniet met volle teugen en wordt zelfs een beetje overmoedig. Gelukkig is het nest nog steeds een veilige thuishaven.
Ik las het boek voor aan vierjarigen en het was meteen een toppertje. Vanaf de eerste bladzijde word je in dit verhaal meegezogen. Elke kleuter heeft wel eens schrik voor iets nieuws. De twijfel en de angst van Coco is voor hen heel herkenbaar. Op haar tak boven in een boom bedenkt Coco welke gruwelijkheden haar kunnen overkomen. Maar anderzijds zou ze ook nieuwe en leuke dingen kunnen beleven. Mama blijft dicht bij haar en begeleidt haar liefdevol in deze spannende momenten. Als ze dan toch de sprong heeft gewaagd, is ze meteen een grote stap op weg naar zelfstandigheid en daar geniet ze volop van.
De balans tussen tekst en tekeningen is mooi uitgewerkt in dit prentenboek. Met 48 pagina’s is het een vrij dik boek, maar er staan nooit meer dan enkele zinnen op elke pagina. De tekst is in een heel directe stijl. Coco spreekt luidop haar gedachten uit en mama praat op haar in.Door de korte, duidelijke zinnen is dit boek ook geschikt om voor te lezen aan kinderen die nog niet zo goed Nederlands begrijpen.
De illustraties geven de tweestrijd van Coco heel mooi weer. De angstige dingen staan op donkere, volle bladzijden. De leuke en hoopvolle dingen zijn luchtig en vrolijk gekleurd.
Lut Vanderaspoilden