De elfjarige Jaimy werd altijd al gepest, maar nu wordt het steeds erger. Dat komt doordat Jaimy veel optrekt met Jules, een meisje dat pas op school is gekomen. Volgens de populaire kinderen is het immers absoluut not done om als jongen met een meisje bevriend te zijn. Jaimy probeert het getreiter te negeren, maar dat werkt niet.
Gelukkig is Jules een bijdehante meid die nooit om een gek plan verlegen zit. Als negeren niet werkt, denkt zij, dan moeten we misschien het omgekeerde doen: provoceren. Door de hele dag verliefd te doen, bijvoorbeeld. Jules’ plan werkt. En hoe. Twee dagen lang staat de klas volledig op stelten. Heel leuk, maar het lost het probleem niet op. Jules en Jaimy gaan dan maar te rade bij hun ouders, die hen op het idee brengen om een survivalactiviteit te organiseren. De klas gaat een dag klimmen in een survivalpark en daar leren de kinderen dan toch om elkaar te accepteren zoals ze zijn…
Breek je nek voorzichtig! is een boek uit de duizend. De meeste verhalen over pesten behandelen het probleem zonder het minste sprankje humor. Erna Sassen bewijst dat het ook anders kan: zij wisselt de nodige serieuze momenten af met bladzijden waar de hilariteit van af spat. Wat humor betreft, is de brutale en vroegwijze Jules de absolute ster van het verhaal.
Zij komt regelmatig aanzetten met replieken die niet zouden misstaan in een Madelief-boek van Sjoerd Kuyper: ‘Mam, maakt de schoonheidsspecialiste die rode puisten expres? Of gebruikt ze misschien een crèmepje waar je woest allergisch voor bent?’ Conciërge Geert is met zijn dove oor dan weer een bron van humor op maat van negen- en tienjarigen: ‘Dat zien we dán wel weer.’ Pieter wordt een beetje ongeduldig. [Geert:] “Zie je een wandelbeer???”’ Ook de beschrijvingen van Sassen zijn niet te versmaden: Maak dan je borst maar nat, als Geert achter z’n kopje koffie en z’n boterhammetjes met pekelvlees wordt weggesleurd.
Dan gaat het er niet zachtzinnig aan toe. Geert is altijd al een grote, chagrijnige man, maar nu lijkt hij wel de bloeddorstige Wampa uit de film The Empire Strikes Back. Hij grijpt de vechtersbazen in hun kraag en sleurt ze mee naar binnen. (…) Het duurt ruim tien minuten voor de Wampa klaar is met zijn prooi en naar het keukentje vertrekt voor een vers kopje koffie. Bovendien is het boek geschreven in een heerlijk moderne taal: Misschien kan Lukas wel keigoed neusfluiten , of Gedver, bejaardenseks (commentaar van Jaimy wanneer zijn vader in het openbaar staat te zoenen).
Aan dat hippe taaltje is wel één nadeel verbonden: bij momenten klinkt het boek er gigantisch ‘Hollands’ door. Een tokkelbaan, bijvoorbeeld, heet bij de Belgische jeugd tot nader order een death ride of een kabelbaan. Ook verwijzingen naar het Nederlandse schoolsysteem zouden voor Vlaamse lezertjes verwarrend kunnen zijn. Maar laat dat zeker geen reden zijn om dit boek niet aan je kroost of je leerlingen voor te schotelen.
– Door Line Leys –