Bibliotheek der zielen is het derde en laatste deel van de reeks ‘De bijzondere kinderen van mevrouw Peregrine’. We vinden Jacob Porter, Emma Bloom en de hond Addison terug in een verwoest Londens metrostation. Jacob heeft zojuist ontdekt dat hij kan communiceren met hulsels en dat heeft het drietal voorlopig gered. Ze willen zo snel mogelijk hun ontvoerde vrienden terugvinden. De hond brengt hen naar een kade bij de Theems en met de listige veerman Sharon varen ze naar Devil’s Acre , de verderfelijkste sloppenwijk in de hele geschiedenis van Londen.
Wat ze er zien tart elke verbeelding: gore achterbuurten, stinkende fabrieksschoorstenen, open riolen vol afval en viezigheid. Al snel blijkt dat ook hier naar hen gezocht wordt door aasgieren, onbetrouwbare fortuinjagers en hulsels. In het betere deel van de wijk worden bijzondere kinderen als koopwaar uitgestald en verhandeld; overal dolen haveloze bedelaars rond op zoek naar drugs.
De bijzonderen die ze zoeken zitten gevangen in het hoofdkwartier van de schepsels. De brug naar het bastion blijkt een niet te nemen hindernis. Alleen Addison raakt er overheen. Via Sharon komen Jacob en Emma bij ene meneer Bentham terecht een zonderling die hen wil helpen. Zijn woning is een vreemd rariteitenkabinet waarin verschillende tijdlussen samenkomen. Bentham toont belangstelling voor Jacobs kunnen.
Als de jongen in een tweegevecht een hulsel kan verslaan opent dat de weg naar het bastion van de schepsels. Bentham is de broer van de nietsontziende leider van de schepsels Caul. Hij vertelt Emma en Jacob de trieste ontstaansgeschiedenis van de hulsels en de schepsels, iets waar hij zelf nauw bij betrokken was. Meteen wordt ook het ultieme motief van Caul om de bijzondere kinderen van mevrouw Peregrine te ontvoeren duidelijk: Caul wil de macht over alle bijzonderen veroveren. Daartoe moet hij toegang krijgen tot de Bibliotheek van de zielen – een verborgen plek waar vroeger de zielen ondergebracht werden als hun uitleentermijn verlopen was. Wie de ziel van een sterke persoon met zijn eigen kracht kan verenigen wordt quasi onoverwinbaar.
Ymbrynes kunnen de lus openen naar dat hiernamaals maar alleen wie zoals Jacob hulsels kan zien is ook in staat om de zielen in de bibliotheek te zien. Met de kennis en kunde van Bentham bereiken Jacob en Emma de toren van de schepsels. In een onderaardse schuilplaats vinden ze hun vrienden terug, maar ze lopen ook in de armen van Caul die Jacob voor de keuze stelt: hem helpen of roemloos ten onder gaan. Voor Jacob begint een eindeloos gevecht met tientallen hulsels; boven zijn hoofd woedt de strijd tussen de schepsels en de anderen. Caul wint die strijd en opent de lus naar de bibliotheek der zielen.
Daar zijn Jacob, Emma en mevrouw Peregrine getuige van de uitzichtloze titanenstrijd die losbarst tussen de twee vijandige broers, Caul en Bentham. Bentham biedt Jacob een uitweg waardoor hij samen met Mevrouw Peregrine en de bijzondere kinderen kan ontsnappen. Nadat de lus is vernietigd en de toren ingestort, brengen de ymbrynes orde op zaken. Spionnen en handlangers van de schepsels worden gevangen gezet, alle slachtoffers van hun experimenten en gevangenen worden bevrijd. Voor Jacob is het uur van de waarheid aangebroken.
Na een gesprek met Emma en mevrouw Peregrine keert hij naar de alledaagse wereld van zijn ouders terug, al beseft hij dat hij nooit dat deel van zijn leven met hen zal kunnen delen. Jacob en Emma blijven elkaar brieven schrijven. En juist die brieven zorgen ervoor dat dit onwaarschijnlijk verhaal toch nog een onverwacht staartje krijgt. In Bibliotheek der zielen reikt Random Riggs de lezer de laatste sleutels aan om de wereld van de bijzondere kinderen te doorgronden. De duistere verbeeldingswereld en de donkere werkelijkheid vloeien in elkaar over.
We kijken naar de achterkant van de samenleving: de vroege industrialisatie, krottenwijken, mensenhandel, medische experimenten en de trieste gevolgen van gok- en drugsverslaving. Het motto van Omhulde Stad genomen uit De Hel van Dante, de naam van de plek Devil’s Acre (= duivelsveld) en de veerman Sharon zijn duidelijke verwijzingen naar de onderwereld. Caul de leider van de schepsels bekent: ‘ Ik heb een hel gemaakt van het leven van zij die me in de weg stonden.. ‘ (349). In de steegjes lijken de bewoners op schimmen die verdoofd en stom ronddwalen. Devil’s Acre is trouwens net als de hel van Dante in kringen opgebouwd, waar alle mogelijke menselijke tekorten welig tieren. De bewoners worden gedreven door hebzucht, verlangen naar geld, of kunnen zich niet beheersen en geven toe aan verslavingen of woede.
In het centrum bevindt zich het eiland te vergelijken met de onderste kring van Dante waar geweldplegers, bedriegers en verraders huizen. Verlangen naar macht, bedrog, leugen en verraad zijn terugkerende motieven in Bibliotheek der zielen. Het is voor Jacob en Emma vaak niet duidelijk of iemand de waarheid spreekt. Sharon bijvoorbeeld spreekt steeds met dubbele tong. Eigen gewin is zijn belangrijkste motief, maar uiteindelijk kiest hij de kant van de bijzondere kinderen. De personages in dit derde deel zijn niet altijd zo zwart-wit.
Ook mijnheer Bentham behoort tot de grijze zielen. Jacob oordeelt eerder mild over dit complex personage, het oordeel van mevrouw Peregrine darentegen is hard. ‘ Niemand kan je zo kwetsen als de mensen van wie je houdt’ , zegt ze daarover. Met Bibliotheek der zielen sluit Random zijn prestigieus project op een waardige manier af.
De lezer ontwaart steeds meer draden die de verschillende personages met elkaar verbinden. De laatste geheimen worden ontraadseld, de spanning blijft tot op het einde gaaf. Kleurrijke figuren zoals Sharon en Moeder Poeder vullen de cast aan. Emma en Jacob, de hoofdpersonen zijn uitgegroeid tot jongvolwassenen met een eigen oordeel. Ze zijn in staat om bewuste keuzen te maken, klaar om hun eigen weg te gaan. Aan het einde voelt Jacob Porter zelfs een zekere empathie voor het hulsel dat hij kon temmen.
Rita Ghesquiere