Babel gaat over het jonge meisje Alice dat bij een aanslag op haar rijke familie haar ouders verloren heeft en zelf verlamd raakte. Ze heeft enkel nog haar grootvader. De rijke heer Babel heeft een toren laten bouwen – het zogenaamde ‘Centrum van de Wereld’ – waarin hij vanop de bovenste verdiepingen heel de wereld lijkt te controleren. Hij heeft duizenden ondergeschikten die ervoor zorgen dat alles in zijn zakenimperium op wieltjes loopt. Zij zijn ingedeeld volgens een strakke hiërarchie en enkel de meest betrouwbare werknemers mogen in de persoonlijke vertrekken van hem en zijn kleindochter komen. Na de aanslag neemt de heer Babel geen enkel risico meer; hij wil zijn kleindochter tegen alle mogelijke gevaren beschermen.
Het gevolg is dat ze als een prinses in een gouden kooitje leeft in de hoge Toren. Ze is een jong meisje in haar puberjaren en ze zou maar wat graag vrij zijn. Ze zou willen dat ze kon leven als alle andere meisjes van haar leeftijd. Niet alleen haar verlamming legt haar beperkingen op, ook het overbeschermende gedrag van haar grootvader doet dat. Op een dag wordt er een nieuw meisje aangenomen als bediende in een van de laagste rangen in de Toren: Naomi.
Als bij toeval komt ze in de vertrekken van Alice terecht en deze ontmoeting zal het leven van Alice voor altijd veranderen. Voor het eerst heeft Alice een echte vriendin. Al snel verandert deze vriendschap voor Alice in diepere gevoelens, waarna de vriendschap tussen haar en Naomi onder druk komt te staan. Bovendien is Naomi ook niet het onschuldige weesje dat ze zegt te zijn. Ze heeft haar eigen geheimen meegebracht naar de Toren. Geheimen waar ze zelfs Alice niets over kan vertellen.
Babel geeft ons twee wijze lessen mee die te maken hebben met liefde en vriendschap. Het boek laat de lezer zien dat mensen uit liefde tot gekke dingen in staat zijn. De grootvader van Alice – de machtigste man op aarde – is dan misschien wel een staalharde zakenman maar als het om zijn kleindochter gaat, toont hij zijn zachte aard. Ze betekent alles voor hem en hij wil haar tegen alle mogelijke gevaren behoeden om te voorkomen dat ze opnieuw zo’n tragische ervaring moet meemaken. Meneer Babel beseft echter niet dat hij haar door zijn overbeschermende gedrag de kans op een zo normaal mogelijke kindertijd ontneemt. In dit opzicht doet het boek denken aan een moderne versie van het sprookje ‘Rapunzel’.
In dit sprookje wordt een prinses opgesloten in een hoge toren om haar te beschermen tegen alle gevaren van het leven. Net zoals Rapunzel, slaagt Alice er op een bepaald moment wel in om haar leven meer in eigen handen te nemen en te genieten van een eerste echte vriendschap. De tweede les die het boek ons meegeeft is dat ware vriendschap de kracht heeft om alle moeilijkheden te overwinnen.
Bovendien sluit het boek op bepaalde punten ook aan bij de actualiteit: de familie van Naomi gebruikt haar als middel om wraak te nemen op de familie Babel. Ze noemen zichzelf ‘strijders van het geloof’. Ze gebruiken hun godsdienst en overtuigingen om hun acties goed te praten. Zelfs aanslagen worden op die manier gerechtvaardigd. Dit is wat er momenteel ook gebeurt op grote schaal met IS. Babel leest als een trein. Het boek is spannend, meeslepend, een tikkeltje mysterieus,…
Kortom, de roman heeft alle ingrediënten van een goed boek. Bovendien bevat Babel ook heel wat herkenbare elementen voor jonge lezers zoals op zoek zijn naar jezelf, vriendschappen, de eerste verliefdheid en de drang naar meer zelfstandigheid. Het einde van het boek is iets minder goed dan de rest van de plot. Het is leuk dat je een beeld krijgt van hoe het Alice verder nog vergaan is in haar leven, maar de laatste scènes in de Toren waarin de echte ontknoping plaatsvindt werden vrij haastig afgehandeld. Het leek alsof het boek plots maar zo snel mogelijk gedaan moest zijn, wat wel wat jammer is.
Karen Bergen