Schrijver Frank Adam, bijgestaan door tekenares Milja Praagman, tovert met woorden en thema’s in deze gedichtenbundel. Hij tovert verrassende versjes tevoorschijn, die heel vlot verteerd kunnen worden, maar waar je achteraf toch nog lang bij blijft stilstaan. Eerder als een lichte, subtiele poëtische substantie dan een zware, ontoegankelijke brok literatuur.
De auteur deelde het boek in hoofstukken in, maar je kunt evengoed door het boek bladeren en hier en daar een gedicht lezen: de leeservaring blijft onaangetast. Er zijn elf hoofstukken, die allemaal even uitdagend klinken: ‘smakelijk lezen’ bijvoorbeeld, of ‘wie dood is wordt begraven, wie begraven is komt terug’.
Deze laatste titel maakt ook meteen duidelijk dat de auteur geen onderwerp mijdt. Op nu eens grappige wijze vraagt hij zich af waarom mama’s borsten hebben, maar geen baard of wat je allemaal met je snottebellen maken kan; en dan weer beschrijft hij op ontroerende wijze hoe opa het verdriet van oma’s dood verwerkt: Oma is dood. Opa is alleen en met pensioen. Hij werkt elke dag in onze tuin. Er is genoeg te doen. Mama zegt: ‘Het gaat maar niet vooruit. Hij doet niets dan zitten. Hij heeft het oma toch beloofd?’ Papa zegt: ‘Hij moet eerst nog erg veel spitten en wieden in zijn hoofd.’
Opvallend is ook dat bij het uitzoeken van een gedicht, er maar geen keuze gemaakt kon worden. Alle gedichten zijn geschreven op eenzelfde hoog niveau, “op kindermaat gesneden maar nooit kinderachtig”, zoals Rita Ghesquière terecht zegt.
Eveneens op hoog niveau zijn de illustraties van Milja Praagman, die erin slaagt hetzelfde als de schrijver te verwezenlijken. Haar tekeningen lijken vrij eenvoudig, maar bevatten vaak details die je pas na lang kijken ontdekt of subtiele verwijzingen naar het gedicht. Om die reden zou je de lees- en kijkervaring ook kunnen omwisselen: eerst met het kind naar de tekening kijken en er daarna zelf een verhaaltje bij verzinnen, alvorens het gedicht te lezen. Of voor de iets oudere kinderen, misschien zelfs al trachten er eerst zelf een gedichtje bij te schrijven, en daarna samen het oorspronkelijke gedicht te bespreken, rekening houdend met de eigen creaties.
Belangrijk om te vermelden is echter dat het boek eveneens door volwassenen gelezen kan worden, hoewel het in de eerste plaats bedoeld is voor kinderen. De frisse blik van Frank Adam op de dingen des levens, zorgt ervoor dat je tijdens het leven ook zelf alledaagse en minder alledaagse dingen door een andere bril bekijkt. Om terug te keren naar onze eerste zin: Frank Adam en Milja Praagman zijn tovenaars. Omdat ze bestaande dingen wegtoveren en ze even later weer tevoorschijn halen; en op deze manier onze kijk op de dingen vernieuwen, of toch op z’n minst verfrissen. Niet alles is immers vanzelfsprekend. En in plaats van deze dingen niet aan de kinderen te vertellen onder de uitvlucht ‘later zal je het wel begrijpen’, helpt poëzie om deze zogenaamd onbespreekbare dingen toch bespreekbaar te maken!
– Door Sebastian De Witte –